De krullenbol-stopdans: van energie naar rust in de klas.

Kleuters hebben veel energie en bewegen graag. Bewegen, spelen en ontdekken: dat is hoe kleuters leren. Hun wereld is één grote speeltuin vol nieuwe ervaringen. Maar hoe zorg je dat een energieke activiteit niet eindigt in een onrustige klas? Daarvoor heeft Krullenbol een soort stopdans ontwikkeld, waarin actieve beweging en rustmomenten elkaar afwisselen. De stopdans helpt kinderen om hun energie kwijt te kunnen en zorgt voor een mooie overgang naar een meer rustige activiteit. 

Waarom is bewegen belangrijk voor de ontwikkeling van kleuters? 

Kleuters zijn geen mini-volwassenen die lang stil kunnen zitten. Hun brein ontwikkelt zich het beste door te bewegen en ervaringen op te doen. Leren gebeurt via het hele lichaam en niet alleen door te luisteren en te kijken. Door te bewegen ontwikkelen ze hun lichaamsbewustzijn en ruimtelijk inzicht. Ze leren begrippen zoals boven-onder, links-rechts, dichtbij-veraf, … aan den lijve ervaren. Kleuters zijn volop bezig met het ontwikkelen van hun grove en fijne motoriek. Door te springen, rennen, draaien, kruipen… oefenen ze hun coördinatie, spierkracht en evenwicht. Door het manipuleren van materiaal wordt het tweehandig samenwerken en de functiewissel tussen beide handen geoefend. Beweging helpt kleuters om hun energie kwijt te raken en prikkels te verwerken, waardoor ze zich daarna beter kunnen focussen op cognitieve taken. Tijdens bewegingsactiviteiten leren kleuters ook samenwerken, hun beurt afwachten, rekening houden met anderen… Door nieuwe bewegingsvaardigheden te ontdekken en succeservaringen op te doen, groeit ook het zelfvertrouwen. Ze leren hun eigen lichaam kennen en durven uitdagingen aangaan. Beweging helpt bij het afvoeren van spanning en stress. Door beweging bewust in te zetten doorheen de dag, help je kleuters niet alleen fysiek maar ook mentaal en sociaal groeien! 

De stopdans als speelse overgang van energie naar rust.
De krullenbol-stopdans begint met een swingend en energiek ritme waarop de kinderen vrij dansen, springen, draaien en bewegen. Ze laten hun energie los en genieten van de vrijheid van beweging. Het swingende ritme wordt enkele keren afgewisseld met een  trager, rustiger ritme. In plaats van springen en rennen, gaan de kinderen nu wiegen, langzaam draaien en maken ze sierlijke bewegingen. Dit vraagt meer impulscontrole. 

Uiteindelijk eindigt de stopdans heel rustig waardoor de kinderen vanzelf vertragen en terug in hun eigen ritme komen. Vraag de kinderen om rustig in en uit te ademen, de vinger op de lippen te leggen en zachtjes sssst…. te fluisteren.  Na het liedje blijft het even stil. 

Waarom werkt dit zo goed? 

  1. Energie loslaten: Kinderen kunnen eerst hun energie kwijt door vrij te bewegen en intensief te dansen. 
  2. Zelfregulatie: Door het contrast tussen actief bewegen en het rustig bewegen leren kleuters om hun energie te doseren en controle te krijgen over hun lichaam. 
  3. Concentratie verbeteren: Door de overgang van energiek bewegen naar rustig bewegen komen kinderen terug in hun eigen ritme waardoor ze weer met meer aandacht en focus aan het werk kunnen. 
  4. Groepsharmonie: de muziek zorgt ervoor dat de groepssfeer verandert van uitbundig naar meer rust zonder dat je als leerkracht sterk hoeft in te grijpen. 

Een rustige afsluiter

Ook de ademhalingskaarten van Krullenbol grootmotorisch bewegen kunnen na een bewegingsactiviteit ingezet worden. Langzaam en diep ademhalen zorgt ervoor dat de hartslag daalt, het lichaam zich ontspant en het gevoel van onrust verdwijnt. Ademhalingsoefeningen kunnen dus ook goed ingezet worden om de overgang van actie naar rust te maken. 

Ademwandeling

Strek je ene hand. Wandel met je wijsvinger van de andere hand langs je vingers. Start aan de onderkant van de duim. Laat je wijsvinger glijden langs de buitenzijde van je duim tot aan de top. Adem ondertussen heel goed in langs je neus. Je mond blijft gesloten. Laat je wijsvinger dan langs de binnenzijde van de duim terug naar beneden glijden en adem uit. Tuit je lippen en blaas de lucht langs je mond naar buiten. Klim daarna de volgende vinger op en adem opnieuw goed langs je neus in. Laat je wijsvinger vervolgens opnieuw naar beneden glijden en adem uit langs je mond. Loop zo alle vingers af. Herhaal eventueel met de andere hand. 

Cleve, D. (2025). *Schrijfritmiek: Grip op groei*. Die Keure Uitgeverij.


Je vindt de stopdans op het digitale platform Kabas- grootmotorisch bewegen. 

‘Grip op groei’ bundelt en beantwoordt heel beknopt 192 vragen rond schrijfmotoriek en geeft concrete tips om kleuters zo optimaal mogelijk voor te bereiden op het schrijfonderwijs.

Bestel hem hier!

Leave a Reply